Op welke theorieën baseer je je leiderschapspraktijk? Welke zijn de a priori’s waarmee je werkt aan leiderschapsvraagstukken? Het doet deugd als leiderschapsprofessional om daar even bij stil te staan. Zo blijkt alvast uit de ervaring van 10 deelnemers aan de recente masterclass in Leuven.
De doelstellingen van de masterclass zijn gelaagd:
- Inzicht in de evolutie van de wetenschap over leiderschap en leiderschapsontwikkeling: “inhoudelijke rijkdom”, “theoretische handen en voeten gekregen met concrete voorbeelden”, “soort menu dat toelaat te kiezen voor wat ik meest nodig heb”, “stevige theoretische onderbouw”
- Een stap zetten in de eigen leiderschapspraktijk “door het voortdurend uitgenodigd worden om het concreet te maken”, “door de lichte druk om het concreet te maken”, ‘wisselwerking tussen theorie en oefeningen”, “ervaren en leren inzetten van de 19 inzichten”
- Deugd hebben van de plek, de tijd, het gezelschap en moed opdoen: “Verrassend om na een intensieve dag opleiding niet het gevoel te hebben van platgeslagen te zijn”, “zachte, warme setting”
- De kwaliteit van het werkveld versterken: “Mede door de diversiteit van de deelnemers het gevoel op de juiste weg te zitten”, “hier wil ik meer van”, “boeiende uitwisseling”
De gelaagdheid van de doelstellingen laat een rijke leerervaring toe. Dit soort verstrengeling van inhoud, reflectie en interactie is vandaag belangrijk is in zowel persoonlijke als collectieve ontwikkeling van leiderschap. Niet maximaliseren, niet volledig willen zijn, maar precies, goed gekaderd, in goed gezelschap, even halt houden, om terug gesterkt verder te gaan.
Casa 19 groeit met de impulsen die we krijgen en deze was een heel stevige impuls.