19

Gepubliceerd op 31 mei 2024 om 10:10

Het Friese Franeker. Daar groeide ik op. Ons-kent-ons, rustiek, een hele fijne plek maar voor mij destijds ook een soort benauwend gevoel. Die van een ‘One street town’ zoals de Terschellinger troubadour Hessel het ooit bezong. Mijn middelbare schooldiploma was een springplank naar persoonlijke vrijheid. Ik was 18 jaar oud, ‘meerderjarig’ en verhuisde. In Groningen ging ik op kamers en begon met mijn studie. Een aansprekende plek van wetenschap en mogelijkheden. Er ging een wereld voor me open. Als ‘freshman’ voelde ik me eerst euforisch. Tuurlijk, het was allemaal nieuw en spannend maar het avontuurlijke gevoel overheerste. Ik was maximaal met mezelf bezig en leefde allen maar in het hier & nu.

Mijn kersverse vrijheidsgevoel manifesteerde zich in een soort hedonistische fase met feesten, vrienden, plezier en genot. Gaandeweg maakten de vlinders plaats voor vallende bladeren. De dagen werden korter, de luchten grijs. Het werd koud.

Ik herinner me dat ik ziek werd. Ik moest het zelf zien te rooien. Hoestend en proestend op mijn ‘kot’. De maanden erna werd ik me steeds bewuster van mijn studieresultaten. Werk aan de winkel om progressie te boeken. Ik werd mijn leven gewaar vanuit mijn nieuwe thuisbasis. Soms, als ik dan in de ochtend in mijn eentje de papieren krant las over de wereld waarin ik me toen bevond, bekroop me een gevoel van eenzaamheid. Was dit nou zogenaamd de ‘mooiste tijd van je leven’? In het voorjaar van 1992 werd ik 19. Een jaar ouder. Ik zat nog steeds in mijn eerste jaar en begreep dat ik nog een lange weg te gaan had als ik deze studie wilde afronden. En ook nog een lange tijd in deze mooie stad! Een ambivalent gevoel. Ik was gelukkig in een gemeenschap die als de mijne voelde en tegelijkertijd verweesd in een individuele realiteit waar ik mijn weg moest proberen te vinden. Terugkijkend zie ik een speelse jongen die met energie en met levenslust in de wereld wilde gaan staan. En ik zie een man-in-wording die op zichzelf teruggeworpen werd en uit wil reiken naar anderen, naar de wereld om hem heen. Naar lotgenoten, naar zielsverwanten.

Tijdens de Masterclass van Casa 19 in december 2023 wil ik ook heel graag uitreiken ondanks dat dit wiebelig voelt. Ik ben dan 50 jaar en sinds enkele jaren zelfstandig organisatieadviseur waarbij ik me bezighoud met leiderschapsvorming, samenwerkingsvraagstukken en organisatieontwikkeling. Bij de check-in deel ik met de groep dat ik worstel met persoonlijke omstandigheden die me in mijn werk raken. Ik ben er verdrietig om en tegelijkertijd zoekende hoe hiermee om te gaan in mijn eigen leiderschap. Terwijl in de compacte groep iedereen tevoorschijn komt met individuele puzzels rondom leiderschap, merk ik dat ik rustiger word, ontvankelijker. In het vervolg van de ochtend staan we uitgebreid stil bij de academische geschiedenis van leiderschap en brengen deze tot leven met persoonlijke reflecties. Ik laaf me aan de inspiratie van de begeleiding en van de groep. In de middag zijn er persoonlijke gesprekken over prangende leiderschapskwesties waarbij we met elkaar meekijken, niet alleen over persoonlijk leiderschap maar juist ook het meer gezamenlijke aspect in leiderschap activeren. Wat is wijsheid? Wat kun je doen? Wat kun je laten?

Misschien is dit wel de connectie met het gedachtengoed dat ik terugvind in ‘Over leiderschap’ en de 19 inzichten. Zou dat kunnen? Dat ik getriggerd word door die zoekende, explorerende vorm van leiderschapsontwikkeling? Casa 19 als een voor mij bijna Groningse plek, een ruimte waar ik met anderen toekom aan ontluikend leiderschap? Houvast vinden in inspirerende, wetenschappelijke inzichten, ervaren hoe het is om daarmee te werken? Niet alleen je hoofd gebruiken maar juist ook de lijfelijkheid, hoe het voelt, de ervaring van onderweg zijn? Me weer 19 voelen als een symbolisch getal om steeds weer op zoek te gaan naar mezelf, uit te reiken naar elkaar en de wereld?

Durk Piet De Vries